De Brexit kan de internationale zakenmarkt in Amsterdam een boost geven. Een aantal bedrijven heeft besloten de Noordzee naar Amsterdam over te steken, zegt een woordvoerder van de Amsterdamse wethouder Kajsa Ollongren in de Volkskrant.
Enkele Aziatische bedrijven hebben zich al in Amsterdam gemeld. Volgens Ollongrens woordvoerder hebben de bedrijven een kantoor in Londen maar willen ze nu een groot deel van hun activiteiten overhevelen naar Amsterdam.
Tot vrijdagmorgen was Londen dé financiële hoofdstad van de wereld. Maar die positie staat nu op losse schroeven, zegt Boudewijn Poldermans, die Chinese investeerders in Europa begeleidt, in de Volkskrant. De bedrijven schuwen vooral de jarenlange onzekerheid over wetgeving, belastingen, de wisselkoers en stabiliteit van de Britse economie.
Amerikaanse bedrijven
Consultant René Buck peilde voor het Brexit-referendum de stemming onder Amerikaanse bedrijven met een hoofdkantoor in Londen. “Een op de drie geïnterviewde bedrijven overweegt hun hoofdkwartier uit Londen te halen en een op de acht zei dat ‘waarschijnlijk’ te zullen doen.” Amsterdam kwam bij 61 procent van de ondervraagde bedrijven als favoriete alternatieve vestigingsplaats uit de bus. Doorslaggevende factoren zijn de nabijheid van Schiphol, de meertalige bevolking en het gunstige belastingklimaat.
Chinese investeringen
Chinese investeringen zullen ook hun weg vinden naar het Europese vasteland. Afgelopen maand zette een grote Chinese financiële partij de investering in een groot Londens hotel in de wachtkamer. Een goede beslissing, zegt Poldermans in de Volkskrant, want door de koersval van de pond zou die investering in één klap 10 procent minder waard zijn geworden. Amsterdam is een logische bestemming voor het Chinese geld.
Een kanttekening: Groot-Brittannië heeft na de scheiding de handen vrij om belastingregels aan te passen en het voor sommige bedrijven aantrekkelijk te maken zich in het land te vestigen. Dat kan weer een bedreiging betekenen voor de Amsterdamse economie, aldus de woordvoerder van Ollongren.
Dit artikel is oorspronkelijk verschenen op z24.nl